De vijfjaarlijkse revalidatie
(K.B. 13 februari 1998, Hfdst. IV, art. 19)
Aan het einde van een vijfjarige periode moet de hulpverlener-ambulancier een proef afleggen in het provinciaal opleidingscentrum van de provincie waar hij zijn onderscheidingsteken heeft.
Deze proef houdt het volgende in:
- een CPR van volwassenen alleen en zonder materiaal;
- een CPR van volwassenen met 2 HV-A met materiaal;
- een CPR van een kind alleen en zonder materiaal,;
- een casus (medisch of trauma).
Het centrum verlengt, na een positieve boordeling, het brevet voor een nieuwe periode van 5 jaar. Met dit brevet kan de dienst een verlenging van het onderscheidingsteken aanvragen bij de FOD Volksgezondheid. In geval van een negatieve beoordeling wordt de activiteit van de hulpverlener-ambulancier stopgezet tot hij een positieve evaluatie behaalt.